Beschikbare tijd neemt af
Het gevolg van allerlei ontwikkelingen is dat de beschikbare tijd die managers en medewerkers hebben om goede beslissingen te nemen sterk aan het afnemen is, dit terwijl de complexiteit van beslissingen toeneemt. Bovendien neemt de hoeveelheid data – die nodig is om goede beslissingen te nemen – zo goed als exponentieel toe*. Die twee factoren, beslissingstijd en hoeveelheid data, zijn elkaars opponenten. Wat de Business Intelligence kloof wil weergeven is dat ze steeds verder van elkaar verwijderd raken als een organisatie niets zou doen.
* De hoeveelheid unieke data verdubbelt elke drie jaar (Lyman en Varian, 2003). Volgens andere onderzoeken zou de verdubbeling zelfs binnen anderhalf jaar kunnen plaatsvinden.
Precisie-instrumenten nodig
Als gevolg van de steeds beperktere fout- en tijdmarges, hebben organisaties alsmaar fijnere en gevoeligere precisie-instrumenten nodig om de Business Intelligence kloof te overbruggen, om de juiste beslissingen te nemen en uiteindelijk om te kunnen overleven.
Complexere besturingen
De steeds verder uitdijende kloof maakt het sturen en het succesvol leiden van organisaties steeds moeilijker. We krijgen te maken met steeds omvangrijkere en complexere besturingen, voornamelijk als gevolg van toenemende omgevingsinvloeden. In het postindustriële tijdperk zullen organisaties steeds meer te maken krijgen met toenemende complexiteit en dynamiek. Hierdoor neemt de behoefte aan goede informatie en gedegen beslissingen substantieel toe.
Kritische kanttekening
Dikwijls zien we dat Business Intelligence heel erg intern gericht is, en daarom is in dit verband een kritische kanttekening op zijn plaats. Juist in deze tijd hebben beslissingen die buiten de organisatie – door klanten, concurrenten of overheden – worden genomen veel grotere impact op de organisatie dan de interne beslissingen. Met Business Intelligence moeten we dus vooral ook zorgen dat interne en externe informatie moeiteloos gecombineerd kan worden.
Bron: Boek Business Intelligence: De intelligente organisatie
Reageer op dit artikel van Daan van Beek